Inkomen op gangbare en biologische bedrijven

Laatste update: 10 juli 2025 Update frequentie: Jaarlijks

Het verschil in inkomen per onbetaalde arbeidsjaareenheid (aje) over de periode 2015-2023 is gemiddeld gering tussen de gangbare en biologische melkveehouderijbedrijven

Gedurende de periode 2015-2023 hebben de biologische akkerbouw-groentebedrijven een gemiddeld inkomen uit bedrijf per onbetaalde arbeidsjaareenheid van bijna 57.000 euro.
Wat zijn arbeidsjaareenheden?
De berekening van de personeelsbezetting gaat op basis van arbeidsjaareenheden (aje). Een werknemer die het hele jaar voltijds in dienst is geweest, telt als één aje. Deeltijdwerknemers of werknemers die niet het volledige jaar in dienst zijn, tellen naar rato mee als fractie van een aje.

Melkvee

De grafieken op deze pagina zijn visueel gepresenteerd en zijn niet goed leesbaar met screenreaders.
Grafiek wordt geladen...
Het verschil van 4.000 euro in inkomen per onbetaalde aje over de periode 2015-2023 is gemiddeld gering tussen de gangbare en biologische melkveehouderijbedrijven maar wel ten nadele van de biologische bedrijven. Het grote verschil in 2022 wordt veroorzaakt door de gestegen melkprijs op de wereldmarkt door de grotere vraag naar melk en het geringere aanbod.

Akkerbouw-groente

De grafieken op deze pagina zijn visueel gepresenteerd en zijn niet goed leesbaar met screenreaders.
Grafiek wordt geladen...
In deze figuur worden de gangbare akkerbouw- en vollegrondsgroentebedrijven vergeleken met de biologische akkerbouw-groentebedrijven. Over de periode 2015-2023 hebben de gangbare vollegrondsgroentebedrijven het hoogste inkomen, met gemiddeld ruim 82.000 euro, gevolgd door de gangbare akkerbouwbedrijven, met bijna 72.000 euro. De biologische akkerbouw-groentebedrijven hebben een gemiddeld inkomen uit bedrijf per onbetaalde arbeidsjaareenheid van bijna 57.000 euro.

Over deze indicator

Deze indicator geeft informatie over het inkomen uit bedrijf per onbetaalde arbeidsjaareenheid.


Dit is de vergoeding die de ondernemers en hun huishoudens hebben behaald voor de inzet van hun arbeid en kapitaal in het bedrijf. Het inkomen wordt berekend door de totale opbrengsten van het bedrijf te verminderen met de betaalde kosten en afschrijvingen en te vermeerderen met het saldo van buitengewone baten en lasten. Het kengetal wordt meestal uitgedrukt in euro per onbetaalde arbeidsjaareenheid, waarmee het gekoppeld wordt aan de hoeveelheid ingezette arbeid en het dus beter over bedrijven heen vergelijkbaar is.